Samenwerking

Je vloer isoleren: dit moet je weten

Een isolatielaag onder of op je vloer zorgt voor een warmer huis en lagere energiekosten. Heb je een hoge kruipruimte, dan kun je je vloer gemakkelijk aan de onderkant te isoleren. Er zijn ook andere manieren.
4 minuten leestijd

Koude voeten? Isoleer je betonnen of houten vloer

Met een isolatielaag onder of op je vloer heb je minder last van kou en vocht in huis, en hoef je minder te stoken. Heb je een hoge kruipruimte, dan kun je je vloer gemakkelijk vanaf de onderkant isoleren. Heb je die niet, dan zijn er andere mogelijkheden.

Wat is vloerisolatie en waarom is het slim?

Vloerisolatie voorkomt dat kou en vocht vanuit de kruipruimte je huis binnenkomen. Het isolatiemateriaal wordt tegen de onderkant van de vloer geplaatst (via de kruipruimte). Kan dat niet, dan kun je je vloer ook isoleren met isolatiemateriaal óp de vloer of op de bodem van de kruipruimte. Het resultaat:

  • Meer wooncomfort: je huis blijft langer warm en de vloer voelt aangenamer aan.

  • Lagere energiekosten: in een hoekwoning bespaar je zo’n 190 euro per jaar (bij een gasprijs van € 1,42).

  • Gezonder binnenklimaat: minder kans op schimmel door optrekkend vocht uit de kruipruimte.

  • Hogere woningwaarde: een energiezuiniger huis is aantrekkelijker als je je huis later gaat verkopen.

  • Minder CO2-uitstoot: je verbruikt namelijk minder energie en draagt zo bij aan een beter klimaat.

‘Ben je van plan je vloer te renoveren? Dan is dat hét moment om te kijken of en hoe goed je vloer geïsoleerd is. Helemaal als je van plan bent om vloerverwarming te nemen,’ zegt Suzanne Hoogers van Milieu Centraal, kenniscentrum voor duurzaam leven. ‘Zo voorkom je dat veel warmte naar de kruipruimte of bodem gaat, terwijl je die juist in huis wilt houden.’

Hoe weet je of je vloerisolatie nodig hebt?

Een koude vloer kan een teken zijn dat je geen of slechte vloerisolatie hebt. Suzanne: ‘Je kunt dit zelf checken door in de kruipruimte te kijken. Heb je een recent energielabel, dan staat daar ook op aangegeven hoe goed je vloer is geïsoleerd.’

Zelf je vloerisolatie checken doe je zo:

  • Kijk via de kruipruimte onder je vloer.

  • Zie je houten planken of beton? Dan is je vloer niet geïsoleerd.

  • Zit er wel een isolatielaag, meet dan hoe dik deze is. Is dit 7 centimeter of dunner, dan is het slim om extra te isoleren.

Ook als er alleen isolatiemateriaal op de bodem ligt, kan het interessant zijn om die te verbeteren. Vooral als je van plan bent om vloerverwarming te nemen.

Drie manieren om je vloer te isoleren

Je vloer isoleren kan via de onderkant, de bovenkant of door je kruipruimte op te vullen met isolatiemateriaal. Welke manier in jouw situatie de beste keuze is, hangt vooral af van de vraag of je een kruipruimte hebt en hoe hoog die is.

1. Onderkant vloer isoleren: makkelijkste manier

Hiervoor heb je een hoge kruipruimte nodig (minstens 35 cm). Je bevestigt het isolatiemateriaal aan de onderkant van de vloer of laat dit doen door een expert. ‘Dit is de makkelijkste en meest effectieve manier om je vloer te isoleren,’ zegt Suzanne. ‘Is je kruipruimte te laag? Dan is het de moeite waard om te kijken of het mogelijk is om hem uit te graven. Bij een houten vloer kun je ook planken loshalen om zo via de bovenkant toch de onderkant van de vloer te isoleren. Dat is meer werk, maar kan qua kosten een interessant alternatief zijn.’

2. Bovenkant vloer isoleren: als je een lage of geen kruipruimte hebt

Een alternatief als je geen of een te lage kruipruimte hebt, is om het isolatiemateriaal op je houten of betonnen ondervloer aan te brengen. Suzanne: ‘Houd er wel rekening mee dat daar bovenop nog een laag plaatmateriaal én vloerbedekking komen, waardoor je vloer een stukje hoger wordt. Dat kan gevolgen hebben voor je plinten, drempels en deuren.’

3. Bodemisolatie: als vloerisolatie niet mogelijk is

Als vloerisolatie van de onder- of bovenaf niet lukt, dan kun je de kruipruimte ook laten vullen met bodemisolatie. ‘Het effect daarvan is minder groot dan vloerisolatie,’ aldus Suzanne, ‘maar je verbruikt toch minder energie. Je kunt de kruipruimte ook volledig laten opvullen met isolatiemateriaal, dat effect is ongeveer gelijk aan het isoleren van de onderkant van de vloer. Houd dan wel rekening met eventuele leidingen die hier lopen, want daar kun je later dan niet meer bij. En let vooral op als er een gasleiding loopt. Om het risico op een gaslek te voorkomen, moet die eerst beschermd worden met een mantelbuis. Kies dus alleen voor deze optie voor als vloerisolatie écht niet mogelijk is.’

Kun je zelf je vloer isoleren?

‘Als je makkelijk in je kruipruimte kunt komen, dan is het niet heel moeilijk om zelf je vloer te isoleren. Je kunt dan zelf bijvoorbeeld thermoskussens of platen van isolatiewol bevestigen aan de onderkant van de vloer,’ zegt Suzanne.

In dit stappenplan zie je hoe je dat doet en vind je handige instructievideo’s.

Hoeveel kost vloerisolatie en wat levert het op?

  • Als je zelf je vloer isoleert, betaal je alleen materiaalkosten: zo’n € 1100* voor een gemiddelde hoekwoning.

  • Besteed je de klus uit, dan ben je tussen de € 1790 (tussenwoning) en € 3500 (vrijstaand huis) kwijt. Hier is de subsidie voor één verduurzamingsmaatregel (tussen de € 260 en € 500) al vanaf gehaald.*

  • Bij een gasprijs van € 1,42/m3 bespaar je jaarlijks tussen de € 120 (tussenwoning) en € 350 (vrijstaand huis)*

*De genoemde bedragen zijn schattingen. De daadwerkelijke prijzen en besparing hangt af van verschillende factoren, zoals aantal vierkante meters, eventueel meerwerk en actuele prijzen van materiaal- en grondstoffen.

Benieuwd hoe je de vloer in jouw huis het best kunt isoleren, hoeveel dat in jouw huis kost en wat je ermee bespaart? Gebruik voor een advies op maat én een berekening de tool van Milieu Centraal

Denk ook aan ventilatie

Pas op dat ventilatieopeningen en roosters in je buitenmuur niet worden afgesloten door het isolatiemateriaal. Dat kan leiden tot vochtproblemen in de kruipruimte of ophoping van radongas, een onzichtbaar en ongezond gas dat uit de grond kan komen. Maak ook het kruipluik goed dicht. Suzanne: ‘Let ook op dat je kieren onder deuren niet verliest als je bovenop de vloer isoleert, anders kan verse lucht niet meer goed door het huis stromen. Kortom: ga je isoleren, denk dan dus ook altijd aan ventileren.’

Meer vragen en antwoorden over vloerisolatie

De materiaalkeuze hangt af van onder meer het soort vloer dat je hebt, de prijs per m2 en de isolatiewaarde die je nodig hebt. De Rd-waarde geeft het isolerend vermogen aan. Hoe hoger deze waarde, hoe beter de isolerende werking. Kies een Rd-waarde van 3,5 of hoger of een Rd-waarde van 5 als je vloerverwarming hebt of wilt.

Geschikt voor houten én betonnen vloeren zijn:

- Thermoskussens (Rd 4,2 – 4,4)

- Isolatieplaten van glas- of steenwol, zonder dampremmende laag (Rd 3,5)

Alleen geschikt voor betonnen vloeren zijn:

- Kunststof hardschuimplaten van PIR (Rd 4,2)

De meeste van deze bouwmaterialen koop je in de bouwmarkt. Prijzen liggen tussen de 15 en 22 euro per m2.

De Rc-waarde is de isolatiewaarde van de hele constructie, dus van je vloer, dak of muur plus het isolatiemateriaal. Een goed geïsoleerde vloer heeft een Rc-waarde van 3,7 of meer nodig. Voor goede dakisolatie kies je het best voor een Rc-waarde van 4 of hoger. Met spouwmuurisolatie geef je je gevel een Rc-waarde van 1,4 tot 2. Door de gevel ook aan de buitenkant te isoleren, kun je de Rc-waarde flink verhogen.

De Rd-waarde is de isolatiewaarde van het isolatiemateriaal, zonder de isolatiewaarde van de vloer, het dak of de gevel waar het op wordt bevestigd. De Rd-waarde staat op de verpakking van het materiaal.

Op Verbeterjehuis.nl vind je een overzicht met isolatiebedrijven, voorzien van kwaliteitsscores en reviews. Maar je kunt voor deze vraag ook aankloppen bij het energieloket van je gemeente. Die kunnen je isolatiebedrijven bij jou in de buurt aanbevelen en helpen met vragen over offertes.

Meer weten over vloerisolatie?

Op de website van Milieu Centraal vind je meer informatie over de verschillende vormen van vloerisolatie en kun je een berekening maken van de kosten en opbrengst.

Ga naar Milieu Centraal